Hereditary

Verhaal:

Annie Graham, een artieste die miniatuurfiguren maakt, heeft net haar moeder verloren. Met haar gezin woont ze de begrafenis bij en verklaart ze in een toespraak hun vervreemde band. In een poging om haar verdriet een plaats te geven, woont ze een bijeenkomst van een praatgroep voor nabestaanden bij. Nadat ze haar verhaal over de psychische problemen binnen haar familie doet, wordt al snel duidelijk dat er nog meer slecht nieuws op het gezin afkomt …

Cast:                                                       

Toni Collette als Annie Graham

Gabriel Byrne als Steve Graham, een psychiater en Annie’s man

Alex Wolff als Peter Graham, de 16-jarige zoon van Annie en Steve

Milly Shapiro als Charlie Graham, de 13-jarige dochter van Annie en Steve

Ann Dowd als Joan, een lid van de praatgroep die bevriend wordt met Annie

Regisseur: Ari Aster

Filmposer Hereditary (2018)

Recensie:

Hereditary verscheen voor het eerst op het grote scherm op het Sundance Film Festival in 2018. De film was Ari Asters eerste langspeelfilm en al onmiddellijk samen met opkomend filmproductie- en distributiebedrijf, A24. Aster schreef het scenario en regisseerde het project. De film werd geprezen door diverse filmcritici en gezien als een van de meest lugubere horrorfilms uit 2018. Is deze film echt zo goed en eng als ze zeggen? Ik besloot om het zelf te onderzoeken …

In een interview met Cinefix wordt aangehaald dat Aster voor de sfeer van zijn films inspiratie haalt uit de film The Crook, the Thief, His Wife & Her Lover. Deze film slaagde erin om de kijker een verontrustend gevoel te geven door het gebruik van muziek en beelden, net zoals Hereditary. In een film is de beginscène echter ook belangrijk om de toon te bepalen. In Hereditary doet Aster dit aan de hand van een miniatuurhuis (cf. beroep Annie Graham). De camera zoomt in op een kamer van het miniatuurhuis dat verandert in de ‘echte’ kamer van Peter Graham. Deze scène had het doel de kijker een alwetend perspectief te bieden De toon van de film wordt dus in de beginscène al vastgesteld. Hoewel we alles meemaken met de familie, creëert Aster dus het gevoel doorheen de film dat de kijker met ‘een sadistische alwetendheid’ toekijkt.

Aster gebruikt het poppenhuis als een metafoor voor wat er gebeurt in de familie. In het interview van Cinefix heeft hij het volgende hierover te zeggen: “these are people who have no agency and in the end they are like dolls in a dollhouse.”

Ik vond het gebruik van het miniatuurhuis een mooie meerwaarde aan de film. Door middel van de openingsscène weet de film al meteen je aandacht te grijpen. Het is zeer mooi gefilmd en ook een goede manier om het beroep van Annie Graham nog extra in de film te betrekken. Het huis verduidelijkt soms zelfs de Annie’s intenties en haar mentale welzijn.

Een ander terugkomend element in de film is het klakgeluid dat Charlie constant maakt. Alleen al wanneer ik dat gevreesde geluid hoorde, werd ik enorm benauwd. Het is een mooi voorbeeld van het gebruik van geluid en muziek in de film om een ongemakkelijk gevoel te geven, maar daar later meer over.

In een interview met Vulture maakt Aster duidelijk dat het zijn bedoeling was om de film geen uitgesproken horrorfilm te maken. Het begint eerder als een familiedrama en verandert langzaamaan in een satanische cultfilm. Het idee hierachter is dat in meeste familiedrama’s de film eindigt met een familie die het obstakel heeft overwonnen en een hechtere band heeft gecreëerd. In Hereditary is dit helemaal niet het geval. Aster wou tonen dat wanneer zich iets vreselijks voordoet  men er vaak niet meer van herstelt. Zijn intentie was dus als het ware het perfecte idee van een Amerikaanse filmfamilie te doorprikken.

Om de film extra goed te laten overkomen, heeft Aster natuurlijk ook gebruik gemaakt van een verbluffende cast. Hij wist iconen als Gabriel Byrne (cf. The Usual Suspects), Toni Collette (cf. The Sixth Sense) en Ann Dowd (cf. The Handmade Tales) te strikken, maar dat betekent niet dat semi-nieuwkomers Milly Shapiro en Alex Wolff hieraan onder doen. Vooral Milly Shapiro’s performance als Charlie is voortreffelijk. Ze weet de kijker een oncomfortabel en weerzinwekkend gevoel te geven.

Cinematografie:

Zoals eerder vastgesteld, maakt Aster gebruik van cinematografie om de film een onthutsend gevoel te geven. Dit doet hij met behulp van de cinematograaf Pawel Pogorzelski.

Voor het kleurgebruik heeft Pogorzelski zich geïnspireerd op de Three Coulours: Red van Kieślowski. Het donker visuele beeld werd in Hereditary gemaakt met een zelfgemaakte lens. Ze maakten dus gebruik van een LUT (cf. Look-Up Table).

Een van mijn favoriete cinematografische momenten in de film is wanneer er een doodskist in de grond gaat. De camera beweegt mee onder de grond en brengt de kijker zelfs mee naar de horror onder de aarde. We kennen zelfs het perspectief van de dode.

Muziek:

Om het verontrustend gevoel te verwezenlijken focust de film in plaats van de zogenaamde ‘jumpscares’ eerder op het effect van de muziek en beeld. Aster wil met de muziek een pulserend buikgevoel geven, wat hij ‘the contra-pulse’ noemt.

De muziek in Hereditary is gecomponeerd door Colin Stetson. Stetson had als opdracht van Aster gekregen om een ‘kwaadaardige gevoel’ voort te brengen in de score. Hij moest ook nostalgische en sentimentele gevoelens mijden en zorgen dat de muziek overkwam als een karakter op zichzelf. Het uiteindelijke resultaat versterkt het verhaal en evolueert samen met het verhaal.

Conclusie:

Ik kijk niet zo graag horrorfilms, maar vond deze film geweldig. De film geeft een dieper ongemakkelijk gevoel en maakt geen gebruik van ‘jumpscares’. Ik raad iedereen aan om deze film een kans te geven. Als je deze film ook zo geweldig vond, dan kan je ook eens Midsommar van Ari Aster bekijken. Deze werd ook door vele critici geprezen maar staat jammer genoeg niet op Netflix.

#LadiesAtTheMovies

— LM

Gepubliceerd door LouiseMarlein

Ik ben Louise en ik studeer journalistiek. Ik heb een passie voor film, dans, theater en reizen.

Plaats een reactie

Ontwerp een vergelijkbare site met WordPress.com
Aan de slag